vrijdag 31 december 2021

Vrijwillige Dienstbaarheid (kort)

 Inleiding van de beknopte samenvatting.


Mijn Nederlandse vertaling van de in de 19de eeuw door Charles Teste gemoderniseerde Franse versie, van het originele door Etienne de La Boétie (1530-1563) op 18jarige leeftijd geschreven Discours de la Servitude Volontaire, telt ongeveer 25 bladzijden. 

Omdat de gemoderniseerde versie van Charles Teste, en dus ook mijn vertaling, door de verwijzingen naar de Griekse en Romeinse klassieke werken, nog steeds zeer wijdlopig is, heb ik het geheel bewerkt tot de onderstaande 8 bladzijden, inclusief deze inleiding.


De Franse humanist Etienne de La Boétie, was een dichter en jurist die bijna 500 jaar geleden leefde in het feodale Frankrijk van koning Frans de 1ste.  Het was de periode waarin de renaissance opbloeide en het katholicisme de overheersende en meest gepraktiseerde godsdienst was en Koning Frans de 1ste oorlog voerde tegen de Habsburgse Karel V, die tegelijkertijd keizer van Duitsland, heer van de Nederlanden, Keizer van het Heilige Roomse rijk en koning van Spanje was, omdat Frans de aldus bestaande geografische omsingeling van Frankrijk te bedreigend vond.

Het voeren van oorlog was in de middeleeuwen in Europa een bijzondere aangelegenheid, waarbij beide partijen in principe om beurten met musket- of artilleriesalvo’s de tegenstander probeerde te doden, waarbij het salvo van de ene partij de ander partij de gelegenheid gaf om te herladen. Legers in die tijd bestonden voornamelijk uit feodale horigen, analfabeten zonder enige scholing, voor wie het leger een kans was om te ontsnappen aan de alom heersende honger en armoede, maar vanwege het dodelijke resultaat van de hiervoor beschreven wijze van oorlogvoering vaak ‘kanonnenvoer’ werd genoemd. De officieren die deze troepen, meestal op enige (lees = veilige) afstand aanvoerden, waren overwegend rijke lieden met een adellijke titel, waarvan velen de oorlog zagen als een afleiding van de dagelijkse sleur en/of op zoek waren naar roem en eer.

Van een (officiële) gemeenschappelijke Franse taal, was nog (net) geen sprake; de adel en intellectuelen spraken een middeleeuwse vorm van latijn, de ongeschoolden spraken het plaatselijk dialect van hun geboortestreek. 

Het was juist Frans I die, o.a. naar aanleiding van een manifest van de dichtersgroep La Pléiade, dat daarvoor pleitte, in 1539 de proclamatie tekende waarin het Frans als taal voor overheidsaangelegenheden en het rechtssysteem werd opgelegd. 

Het is geen toeval dat Etienne de La Boétie veelvuldig verwijst naar de klassieken werken. De leden van de genoemde dichtersgroep spanden zich niet alleen in voor het Frans als voertaal, tevens hernieuwden zij in het Frankrijk van toen, de interesse voor de Griekse en Romeinse klassiekers. 

De La Boétie merkt op dat de geschiedenis leert, dat wanneer de macht in handen komt van een enkel persoon, deze zich doorgaans ontpopt als een dictator en in de meest kwalijke gevallen als een tiran. 

Hij oppert dat wanneer deze macht hem door het volk gegeven is, het volk hem deze macht ook kan afnemen. Maar vreemd genoeg gebeurt dat niet. Wanneer het hele volk, in een (dreigende) oorlog een gemeenschappelijke vijand heeft, worden de onderlinge twistten en standsverschillen opzijgeschoven, maar wanneer de gemeenschappelijke vijand hun nationale heerser is, verliest het volk zich weer in onderlinge verdeeldheid en accepteren allen de dwang van de dictator.

Is het verstandig om iemand met uitzonderlijk kwaliteiten suprematie toe te staan. Dat hangt af van het antwoord op de vragen; zal hij in zijn nieuwe functie evengoed functioneren en zal hij geen misbruik maken van zijn toegenomen macht ?


Indien een handjevol mensen zich door een eenling laten koeioneren, kan men dat wellicht lafheid noemen, maar wanneer hele volkeren, hele landen zich niet keren tegen degene die hen behandelt als horigen en slaven, kun je dat dan nog steeds lafheid te noemen ?

De La Boétie (die dit 400 jaar voor de Holocaust schreef) meent dat er zijn grenzen aan de gruwelijkheid van misstanden die niet kunnen worden overschreden, maar meent ook dat er een overtreffende trap van lafheid is, waarvoor nog geen woord voor is bedacht.

De motivatie van iemand die in vrijheid leeft en strijd voor het behoud van zijn vrijheid, zal toch veel groter zijn dan de motivatie van iemand die jou je vrijheid wil afnemen, alleen om te kunnen profiteren van jouw dienstbaarheid. 

Indien één man, miljoenen mensen onderdrukt, alle inwoners van een land hun vrijheid berooft, en dat slechts zou gebeuren in verre landen, zoals tegenwoordig bijvoorbeeld in Noord Korea of Cuba gebeurt, en iemand zou dat ons komen vertellen, wie zou dat dan geloven ? 

Het kost in principe niets om zich van een dictator te bevrijden, omdat hij heerst bij de gratie van het onderdrukte volk. Wanneer het volk niet langer meer toestemt in dienstbaarheid, is er zelfs geen strijd nodig, hoeft men hem niets af te pakken, men moet slechts stoppen hem iets te geven, zoals een vuur dat men brandstof onthoudt zal doven. 

Het is opmerkelijk dat nagenoeg ieder mens, ongeacht opleiding of karakter, zich bijna alles laten welgevallen op zoek naar het bezit en geluk, maar evengoed vrijheid versmaden. Omdat het zo gemakkelijk is vrijheid (terug) te krijgen ? Men werkt hard om een hoop geld te verdienen, en zijn blij met een belastingverlaging, omdat zij zich niet beseffen dat zij slechts een deel terugkrijgen van wat hun eerder al werd afgenomen. Realiseren zij zich niet dat het enige dat een dergelijke bestuurder meer heeft, de macht is die zij de bestuurder hebben verschaft. 

Het is wellicht utopisch, maar ik wil toch graag weten waarom mensen zich zo vrijwillig dienstbaar opstellen. Waarom denken mensen toch dat hun vrije staat niet natuurlijk is ?

De natuurwetten volgend, zouden wij slechts onderdanig zijn aan onze ouders, maar volgen verder ons verstand en zijn wij dienstbaar aan geen mens. Onze innerlijke goedheid zal groeien door de juiste opvoeding en scholing, maar wegkwijnen door verkeerde invloeden

Primair zijn wij allemaal gelijk, met hier en daar een verschil in uiterlijk of innerlijk, maar uitgaande van universele gelijkheid, kan het nooit de bedoeling zijn dat de individuele menselijke expressie of bewegingsvrijheid wordt beperkt en al helemaal niet dat de sterkeren en meer bekwamen de zwakkeren zouden overheersen. Op een aarde, ooit zonder grenzen, met mensen die allemaal gelijk geschapen zijn, zouden onze verschillen niet tot rivaliteit moeten leiden, maar juist tot zorgzaamheid en broederlijke genegenheid. 

Wijst het feit dat de mens als enige soort beschikt over de spraak om te communiceren waardoor hij kan komen tot overeenstemming, verbinding en tot eenheid, er niet op dat geen mens zou moeten verkeren in dienstbaarheid of in slavernij ? 

Onrechtvaardigheid is in strijd met onze natuur, wie daaraan twijfelt dienen wij daarvan te overtuigen. Er kan geen twijfel bestaan aan natuurlijke vrijheid. Geen enkel dier zal zich vrijwillig laten vangen, zij zullen zich met hun angels, nagels, horens, hoeven of snavels verweren tegen het verlies van hun vrijheid. En eenmaal gevangen kwijnen zij weg, niet in staat enige voldoening te vinden in hun staat van verloren vrijheid. Zelfs veulens, van jongs af aan getraind om te gehoorzamen, komen slechts in beweging op een bevel, ondertussen knarsetandend op het bit van hun hoofdstel.

Er zijn verhalen bekend van olifanten die door met hun kop tegen bomen te slaan zich proberen te bevrijden van hun slagtanden, in de hoop zich vrij te kopen voor de prijs van hun ivoor. 

Ieder wezen dat zich zijn bestaan beseft, kan de ellende van onderwerping voelen en zal blijven streven naar zijn vrijheid, zelfs dieren die zogezegd gefokt zijn om de mens te dienen, voelen de natuurlijke drang naar vrijheid en zullen zich slechts onder protest, dat voorkomt uit een tegengesteld verlangen, onderwerpen.

Wat is er dan aan de hand met de mens, die juist geboren is om vrij te leven, dat hij de herinnering aan zijn eerste vrije staat lijkt te hebben verloren alsook het verlangen om die vrije staat te herwinnen ? 

Er zijn drie typen heersers, hij die overwint in de strijd, hij die erft van zijn voorganger en hij die door het volk gekozen is. 

Het eerste type zal het volk naar eigen goeddunken misbruiken als oorlogsbuit. Het tweede type, geboren en opgevoed in de boezem van tirannie zal de onderworpenen als erfelijke lijfeigenen en het koninkrijk als zijn wettelijk erfdeel zien, hij zal het volk weinig beter behandelen. Het laatste type zou dragelijker moeten zijn, mits hij zich niet verliest in megalomane verhevenheid, en aldus afstand neemt van het volk. In de praktijk blijken dit type heersers echter de andere twee in misdaad en wreedheid te overtreffen. Hij klampt zich steviger vast aan zijn verkregen macht, overtuigd dat hij deze macht aan zijn kinderen moet doorgeven. Hij consolideert zijn tirannie door de dienstbaarheid van het volk te vergroten en de herinnering aan hun verloren vrijheid, hoe recent ook, snel uit het collectief geheugen te bannen.

Ongeacht de wijze van verkrijging van hun positie, de consequentie voor het volk zal nauwelijks anders zijn, omdat er voor een onderworpen volk weinig verschil zal bestaan tussen, behandeld worden als een prooi waarop de heerser alle recht heeft, als een groep slaven die de heerser van nature toebehoort, of als een stier die getemd moet worden. 

Mocht er vandaag een nog verborgen samenleving worden ontdekt, onbekend met de begrippen onderwerping en vrijheid, wat zou dan hun keus zijn ? Zolang er nog een restje zelfrespect is zal een mens zich slechts door dwang laten onderwerpen, nimmer vrijwillig. De enige uitzondering hierop is misleiding, in welk geval het verlies van vrijheid niet zo zeer het gevolg is van de verleiding door iemand anders, als wel van de eigen blindheid. 

Net als een veulen zal de mens in eerste instantie slechts gedwongen dienen om daar op den duur aan gewend te raken. Zij die daarna komen en nooit vrijheid hebben gekend, laat staan weten wat vrijheid is, zullen dienen zonder spijt. Zij zullen vrijwillig doen wat hun ouders slechts onder dwang deden, zij zullen tevreden leven zonder zich bewust te zijn van het recht dat hen ontnomen is, noch van de persoon die hen dat recht ontnam. Zij zullen zich tevredenstellen met hun schamele bezit en hun toestand als vanzelfsprekend beschouwend, indien hun verlangen naar vrijheid niet wordt gevoed c.q. onderricht. 

In de tijd van de Perzische koning Xerxes, vermoordden de Spartanen enkele Perzische ambassadeurs. Uit berouw gezondigd te hebben tegen Talthybius, de god van de herauten, werden twee Spartaanse vrijwilligers, Sperthies en Boulis genaamd, naar de Perzische Koning gestuurd, waarover hij naar believen kon beschikken, teneinde wraak te nemen voor de moord op zijn ambassadeurs. Aangekomen bij het paleis van Hydarnes, de luitenant van de koning voor alle Perzische kuststeden in Azië, werden zij met alle egards behandeld, en werd hen gevraagd waarom de Spartanen zo trots de aangeboden vriendschap van de grote Xerxes afwezen terwijl deze koning hen die het verdienden zou weten te belonen, dat hij  beide Spartanen tot gouverneurs van een of andere Griekse stad zou hebben gemaakt. Hierop verklaarden de Spartanen dat wanneer je slechts de gunsten van je koning hebt ervaren maar geen idee hebt van de vreugde van vrijheid, en de gelukzaligheid die vrijheid brengt, je nooit kunt begrijpen dat iemand zijn vrijheid nooit zal opgeven en desnoods met hand en tand zal verdedigen. Leven in slavernij was voor de Spartanen ondenkbaar. Dat in tegenstelling tot de Perzen, die nog zelfs de schaduw van vrijheid nooit hebben gezien en zich door hun vrijwillige dienstbaarheid, niet beseften slaaf te zijn. Zij waren onderdanen zoals hun vaders onderdanen waren, en daarom gewend geraakt het bit tussen hun kaken te verdragen en de sturing van het leidsel te aanvaarden. 


Vele heersers erkennen het gevaar dat opvoeding en scholing voor hun positie kan opleveren, met name bij mensen die misschien trotser of geestdriftiger zijn, zoals Cato van Utica, die zo jong als hij was, zijn mentor om een dolk vroeg, teneinde Lucius Sulla de dictator in wiens paleis Cato leefde, dood te steken. 

Heersers zullen er derhalve alles aan doen, het volk dom te houden. Evengoed zijn er mensen met een heldere geest en scherp inzicht, die eventueel door studie zowel de toekomst als het verleden beschouwen en die zelfs wanneer vrijheid volledig uit de wereld zou zijn gebannen, deze toch weer terugbrengen. 

Uit de geschiedenis blijkt overigens dat bijna alle volken die ooit in opstand kwamen tegen hun leiders omdat zij hun land slecht geleid c.q. en in slechte handen zagen, slaagden in hun pogingen, wanneer de noodzakelijke sterke wil aanwezig was. 


Volgens Hippocrates worden mensen die gebukt gaan onder tirannie onvermijdelijk laf en zwak, alsof zij tegelijk met vrijheid hun moed verliezen. 

Slaven missen de bezieling van vrijheid, die vrije mensen er juist toe brengt alle gevaren te trotseren. Omdat vrije mensen in gelijke mate zullen delen in het ongeluk van de nederlaag, gedwongen dienstbaarheid, maar liever in het geluk van de overwinning, behoud van hun vrijheid, zullen zij onder het motto eendracht maakt machtig, ter verdediging van hun vrijheid liever een glorierijke dood sterven, dan zich hun vrijheid laten afnemen. Dat is de reden dat heersers alles in het werk zullen stellen om de onderworpenen steeds zwakker en laffer te maken. 


Een tiran herkent zijn karakter en zijn misdaden, dat is de reden dat hij uit angst voor represailles, constant in vrees leeft. In de geschiedenis zijn voldoende voorbeelden van heersers die zelfs vreemde troepen in dienst namen, omdat zij de wapens niet meer in handen van hun eigen mishandelde onderdanen durvende te geven.

Dat diverse Franse koningen ook (dure) buitenlandse troepen inhuurden, was niet uit angst voor hun onderdanen, maar om de eigen onderdanen te ontzien, zoals ook Publius Cornelius Scipio het illustreerde met zijn uitspraak; “ik red liever het leven van één burger, dan dat ik honderd vijanden te versla”. 

Om de kans op opstanden of represailles te verkleinen, doen heersers hun uiterste best het onderworpen volk af te leiden. Omdat vreemd genoeg de meeste mensen eerder vertrouwen stellen in hen die hun vertrouwen misbruiken, dan in de goedheid van anderen, is dat voor een heerser vrij eenvoudig. Panem et circenses (brood en spelen) was hiertoe al bij de Romeinen een beproefd en bewezen middel. Overwonnen stamleiders werden vergast op eet- en drinkfestijnen, en voor die vrijgevigheid roemden zij de keizer, te stompzinnig om te beseffen dat zij slechts een fractie geschonken kregen van wat hen voordien, samen met hun vrijheid, hun kinderen en hun stand, door diezelfde keizer was afgenomen.


Onwetenden, domme mensen zijn altijd hetzelfde geweest. Onfatsoenlijk in het geval van genoegens die zij niet eerlijk kunnen verkrijgen, maar ongevoelig voor het hen aangedane onrecht en leed welke zij redelijkerwijze niet kunnen verdragen. Hoe vaak hebben de Romeinen hun wrede keizers verdragen en (zich de spelen en feesten herinnerend) zelfs hun dood betreurd in plaats van de vreugde te voelen van een tiran verlost te zijn en eer te bewijzen aan hen die de keizer hadden gedood ? 


Een ander slimme tactiek van de Romeinse tirannen was het instellen van de titel Volkstribuun, een ambt ter verdediging en bescherming van het volk. Een ambt dat in de regel boven alle twijfel verheven zou moeten zijn, en het vertrouwen van het volk te moeten vergroten, maar dat net als tegenwoordig, de mooie toespraken over het algemeen welzijn, de openbare orde en de hulp aan de ongelukkigen ten spijt, slechts een façade is voor hun kwalijke en valse misdaden. 


Volksverhalen zijn het gevolg van de goedgelovigheid van domme onwetende mensen. Deze wetenschap is de basis van een andere tactiek die heersers toepassen om hun positie te versterken; de poging tot mystificatie. 

Zo traden de koningen van Assyrië en later van de Meden, niet in de openbaarheid om het volk te laten geloven in de eventuele bovenmenselijk- of goddelijkheid van hun heersers en gebruikte de Egyptische farao’s vermommingen en tooiden zij zich met vuur om bewondering en ontzag te wekken bij hun onderdanen, die, als zij niet zo dom of zo gekleineerd waren geweest, hen slechts zouden hebben uitgelachen. 

Maar domme mensen laten zich door hun goedgelovigheid gemakkelijk vangen. Nooit bleek de massa gemakkelijker te bedriegen en nooit werd zij gemakkelijker slaaf, dan wanneer de tiran de massa het hardste uitlachte, de spot met hen dreef.


De overheersing van een dictator of tiran steunt op een gedegen fundament, maar laat u niet misleiden ! Het zijn niet de wapens van de wachters voor het paleis, die borg staan voor het in stand houden van een dictatuur of tirannie. Dat zijn slechts middelen ter afschrikking, die misschien het ongewapende volk ontmoedigen, maar niet een gemotiveerde strijdmacht.

Blijkbaar zijn er minder Romeinse Keizers aan levensgevaar ontsnapt door hun boogschutters, dan dat er gedood werden door hun eigenlijfwachten en bewakers.

Het zijn niet de wapens die een tiran verdedigen, maar altijd hoe ongelofelijk het op het eerste gezicht ook lijkt, slechts een handjevol mannen, vijf of zes, die hem uit eigen beweging of door de heerser geroepen, vergezellen en aanmoedigen, die meegenieten van zijn smerige wellust en medeplichtig zijn aan de wreedheden en de verkrachtingen, en die met de tiran het hele land onderwerpen.

Want zoals de tiran deze zes mannen heeft, hebben deze zes er op hun beurt zeshonderd, die er zesduizend hebben. Het zijn allemaal schakels in de hiërarchie van het wrede bestuur. Zij vormen een lange ketting die het instrument is van de hebzucht, die de wreedheden in stand houdt, enorme schade berokkent maar slechts bestuurd wordt door de tiran, Het is vergelijkbaar met Jupiter, die pochte dat hij slechts door een ruk aan een dergelijke ketting, alle goden naar zich toe kon trekken. Gedurende het tirannieke bewind kunnen deze wetteloze duizenden zich straffeloos handhaven omdat zij zich beschermend weten door hun aanvoerder. 


Dat Julius Caesar de macht van de Senaat uitbreidde, nieuwe functies instelde en nieuwe ambten liet kiezen, had niets te maken met een reorganisatie van het systeem ter vergroting van de rechtvaardigheid, het was slecht zijn doel om de steun aan zijn tirannie te verbreden. Tegelijkertijd werd hiermee de onderlinge concurrentie tussen deze onderknuppels groter, hetgeen hen zou afleidden van een aanval op de machthebber zelf. Mogelijk had hij deze tactiek bedacht, nadat hij Pompeius had uitgezonden om de orde te herstellen die door de groeiende bende Siciliaanse zeerovers werd verstoord, en bleek dat deze inmiddels verscheidenen steden tot bondgenoten te hebben gemaakt, die voor een aandeel in de buit, de schepen van de zeerovers in hun havens lieten schuilen. 

Opmerkelijk genoeg nadert de tirannie door een dergelijke uitbreiding het moment dat de groep mensen die profiteert van tirannie ongeveer zo groot wordt als de groep voor wie vrijheid nuttig zou zijn.

Een tiran wordt beschermd door die lieden tegen wie hij zich juist zou moeten beschermen, omdat zij uit hetzelfde hout te zijn gesneden. Deze beklagenswaardige onderknuppels moeten nota bene zelf ook onder de verdrukking van de tiran ondergaan, maar in plaats van af te rekenen met de tiran, verdragen zij zijn kwaad om zelf kwaad te kunnen doen aan hen, die zoals zijzelf, hun ellende moeten verdragen.

De domheid van deze lieden is even verbazingwekkend als hun boosaardigheid, want je wenden tot een tiran is tegelijkertijd je rug afkeren van je vrijheid en met open ogen vrijwillig je eigen dienstbaarheid tegemoet lopen !

Zij beseffen zelfs niet dat, wanneer zij hun ambitie en hebzucht even zouden vergeten om zichzelf te beschouwen, zij zouden zien dat de mensen die zij misbruiken en behandelen als horigen, ondanks die mishandeling, gelukkiger en in zekere zin vrijer zijn dan zijzelf, door slechts te gehoorzamen. 

Zijzelf moeten niet alleen de tiran gehoorzamen, maar ook nog bedelen om zijn gunst, bedenken wat hij wenst, hun eigen begeertes bedwingen, hem constant behagen, contant op hun tenen lopen, hem volgen in zijn bewegingen, raden naar zijn gedachten, zich alles laten welgevallen, zichzelf verloochenen, teneinde de zaken van de tiran te behartigen en te beantwoorden aan zijn grillen. 

Kun je zo een ondraaglijke situatie leven noemen, verkeren in situatie, waarin je namens de tiran anderen hun gerief, hun vrijheid, hun lichaam en hun leven afneemt, terwijl je in feite door de tiran te dienen dat zelf ook allemaal en nog meer kwijt bent ? 

Hun hebzucht maakt deze onderknuppels, afhankelijk van de wreedheid van de tiran die daar met graagte misbruik van maakt, terwijl deze meent zelfs geen misdaad te begaan, omdat voor de onderdrukten dood zwaarder weegt dan onafhankelijkheid, of het bezit van om het even wat. 

Het zijn de rijken op wie een tiran zich in zijn hebzucht zal richten, op de idioten die verbazingwekkend genoeg op hun beurt de rode loper voor de tiran uitrollen, verlangend om de primus inter pares van het onderworpen volk te zijn. Deze wannabe’s zullen er op termijn achter komen dat zij veel meer kwijt zijn, dan zij hebben vergaard, en zelf de wreedheid van de tiran ondervinden, die zij tegen anderen aanwakkeren. 


Zelfs de meest integere mensen kunnen zich op den duur niet kunnen handhaven in de tegenwoordigheid van een tiran, ook zij zullen op enig moment ervaren wat tirannie is. 

Sextus Burrus de prefect van Nero’s Pretoriaanse garde of Lucius Seneca, Nero’s mentor hebben dat aan den lijve ondervonden. 

Wat voor een vriendschap kun je verwachten van iemand die ondanks dat je gehoorzaamt, hardvochtig is, niet weet lief te hebben, zichzelf beperkt en zijn eigen rijk vernietigt ?

Ook als je onoprecht, oneerlijk of onmenselijk bent, ben je niet gevrijwaard van de waanzin van de heerser, zoals het lot van Poppaea Sabina, Nero’s vrouw en Agrippina, zijn bloedeigen moeder, die nota bene haar echtgenoot Claudius vermoordde om Nero op de troon te krijgen, ons duidelijk maken.

Tirannen zijn klaarblijkelijk te dwaas om onbaatzuchtig te kunnen zijn, ze bezitten een ongekende wreedheid welke geen enkel onderscheid maakt tussen familie, vrienden of vreemden. 

Een tiran is nooit een vriend, en heeft nooit vrienden, omdat echte vriendschap onbaatzuchtig is en gebaseerd is op wederzijdse achting en vertrouwen in elkaars integriteit.

Wanneer wrede, onwaarachtige mensen samenkomen, is er sprake van samenzwering, niet van samenleving, zij praten tegen elkaar, niet met elkaar, het zijn geen vrienden, maar medeplichtigen.

Met een tiran is een solide op gelijkwaardigheid gebaseerde vriendschap onmogelijk, omdat er geen gelijkheid bestaat, hij plaatst zich boven. Zelfs in een dievenbende is er meer sprake van gelijkheid, indien niet te goeder trouw, dan ten minste omdat zij elkaar vrezen, en zeker niet wensen door eventuele verdeeldheid hun vereende kracht te verliezen.

Juist de favorieten van een tiran zouden moeten weten dat zij zich niet kunnen veroorloven de garantie van vrijwaring van zijn onderdrukking zonder meer te aanvaarden, omdat zij de tiran zelf hebben geleerd dat hij alles kan doen wat hij wil, dat het de tiran is die de wetten maakt en logischerwijs geen wetten zal uitvaardigen die hem dwingen of verplichten tot wat hij niet wil, hij is tenslotte meester over allen. 


Wat is het toch betreurenswaardig dat hele volksstammen als lakeien buigen voor heersers, dat er niet een is die hem het antwoordt zoals de vos de leeuw antwoordde; "Ik zou graag naar u toe gaan in uw hol, maar terwijl ik genoeg sporen zie van beesten die uw hol binnengaan, zie ik niet één spoor van een beest dat terug naar buiten kwam."

Gelokt door de rijkdom, de macht, de pracht en praal vermoeden dergelijke onderknuppels niet het gevaar waarin zij zich gaan begeven, zoals een mot zich niet realiseert dat hij zal verbranden door de hitte van de vlam die hem lokt.

Zij kunnen niet ontsnappen uit de greep van de tiran die zij dienen, noch aan die van zijn opvolger. 

Wanneer een opvolger wel rechtvaardig is, dienen zij rekenschap van hun daden af te leggen, maar wanneer deze op zijn voorganger lijkt, moeten zij strijd leveren met de mogelijke nieuwe favorieten die hun plaats wensen in te nemen en zoals voor tirannen gebruikelijk is hen hun goederen en hun leven afhandig willen maken.

Wat zijn het voor mensen die een dergelijke positie ambiëren, dag en nacht één man te willen behagen, zonder garanties voor hun positie, dagelijks wantrouwig te moeten manoeuvreren zowel uit angst voor het mishagen van de heerser, als vanwege het mijnenveld van de soms letterlijk moordende concurrentie. Rondlopen met een valse glimlach op het gezicht, maar iedereen vrezend. Niet gelukkig kunnen zijn, en niet verdrietig durven zijn.

Het zijn deze onderknuppels die de tiran dienen en niet de tiran zelf, die van het volk de schuld krijgt van het kwaad dat hen wordt aangedaan. Het volk kent de namen van deze vervloekte acolieten, wiens misdaden worden ontdekt en tegen wie de beloften van vergelding worden gericht, omdat alle rampspoed aan hen wordt toegeschreven. 

Niet dat het hen iets zal interesseren, want pas achteraf zullen geschiedschrijvers zich uitputten de mensonterende daden van de tiran te beschrijven, zijn reputatie zo zwart mogelijk te maken om zijn verrotte lijf en reputatie alsnog postuum door het slijk halen. 


Ik geloof oprecht dat niets zo in strijd is met de wil van de goede, soevereine en rechtvaardige God, als tirannie, en dat Hij voor tirannen, dictatoren en dwingelanden en hun medeplichtigen ongetwijfeld een verschrikkelijke straf in het diepst van de hel heeft gereserveerd, voor die verdoemde uitvinders van het ongeloof.


De volledige vertaling is op verzoek verkrijgbaar. 

Stuur een mail naar 0frah5.mail@gmail.com.




 

donderdag 16 december 2021

Met welk recht ?

Sinds het stellen van grenzen aan meningsuiting, is er geen sprake meer van werkelijke vrijheid. 

Woensdag 15 december werd dat opnieuw duidelijk in de uitspraak ter zitting van het kort geding dat door twee Joodse belangenorganisaties, het CIDI en het Centraal Joods Overleg (CJO) en vier Joodse oorlogsoverlevenden was aangespannen tegen Thierry Baudet, die beeldmateriaal van de uitsluiting van Joden in de jaren 30 en 40 in zijn tweets heeft gebruikt, om te wijzen op de parallellen tussen de maatregelen van die tijd en het huidige coronabeleid. 

Ik vind het verbazingwekkend, dat juist organisaties en vooral de mensen wier onvoorstelbaar persoonlijke leed dat het rechtstreekse gevolg is van de genocide van ruim 6 miljoen joden, en waaraan zij dagelijks worden herinnerd, hen veelal ‘s nacht het slapen onmogelijk maakt, bezwaar maken tegen de tweets van Thierry Baudet, waarmee hij wil wijzen op een glijdende schaal van totalitarisme, die wat hem betreft vergelijkbaar is met de glijdende schaal die uiteindelijk heeft geleid tot de Holocaust. 

Mogelijk is de consequentie van de stemming van 3 november tegen de motie Omtzigt niet of onvoldoende bij het CIDI, het Centraal Joods Overleg en vier Joodse oorlogsoverlevenden doorgedrongen, want ik heb geen idee waarmee je deze impliciete rechteloosheidsverklaring van de burgers door de overheid wel mag vergelijken. 

Terecht is de rechter van mening dat wanneer (corona-)maatregelen democratisch tot stand zijn gekomen, deze niet juridisch onrechtmatig zijn, maar in hoeverre mag dat ook gelden voor het (selectief) buitenwerking verklaren van de grondwettelijke bescherming van burgers, zelfs wanneer dit door 103 democratisch gekozen volksvertegenwoordigers wordt gesteund ? 

Voor alle duidelijkheid, Adolf Hitler pleegde nooit een staatsgreep, zijn partij werd ook democratisch in de Rijksdag gekozen, en zijn benoeming tot kanselier was een besluit van de democratisch gekozen rijkspresident Paul von Hindenburg.



Uiteraard heb ik slechts een vermoede van de verschrikkingen die de in de rechtbank aanwezig Joodse oorlogsoverlevenden hebben moeten doorstaan of van het onvoorstelbare leed dat zij hebben geleden, niettemin begrijp ik dat de herinneringen hieraan, ondanks de inmiddels verstreken tijd, bij hun nog steeds enorm grote emoties teweegbrengen. 

Tegelijkertijd ben ik van mening dat in de rechtspraak ratio leidend dient te zijn, al lijkt in de rechtbank net als in het debat, zowel publiek als politiek, steeds vaker de emotie te overheersen. Voor iemand die het motto huldigt; “dat je over emoties moet kunnen praten zonder emotioneel te worden,” lijkt dat steeds vaker aan dovemans oren gericht.


Punt 2.4 van de uitspraak luidt als volgt;

“Baudet maakt in zijn kritiek op de huidige maatschappelijke situatie niettemin een vergelijking met (elementen van) de Holocaust. In zijn eigen woorden vergelijkt hij de huidige situatie met de stapsgewijze en systematische uitsluiting van Joden in de jaren ’30 en ’40. Eisers bestrijden dit en stellen dat Baudet een rechtstreekse vergelijking maakt met de verschrikkingen van de Holocaust en niet (alleen) de opmaat daarvan. De voorzieningenrechter volgt eisers hierin. Ook al heeft Baudet dit misschien niet zo bedoeld, zo komen de berichten wel over, in het bijzonder door het gebruik van de foto van het kind in het getto Łódź en het noemen van concentratiekamp Buchenwald.”

Door de zinsnede; “Ook al heeft Baudet dit misschien niet zo bedoeld, zo komen de berichten wel over,…” benadrukt de rechter niet alleen dat de grenzen die tegenwoordig gesteld zijn aan de vrijheid van meningsuiting die vrijheid beperkt, maar tevens dat die grenzen uiterst arbitrair zijn.

Zijn de tweets van Baudet door de rechter ‘ernstig beledigend en onnodig grievend’ geoordeeld, omdat in dit geval het CIDI, het Centraal Joods Overleg (CJO) en vier Joodse oorlogsoverlevenden van mening zijn dat de tweets van Baudet ernstig beledigend en onnodig grievend zijn ?

Klaarblijkelijk vindt deze ene rechter op deze betreffende zitting van wel, maar op welke gronden ?

Laat iedereen ervan overtuigd zijn, dat het niet mijn geringste intentie is de gruwelen van de Holocaust te bagatelliseren, noch daartoe aan te zetten, maar ik vraag mij wel af wat er gaat gebeuren als, laten we zeggen Sylvana Simons, omdat zij Zwarte Piet ernstig beledigend en onnodig grievend vindt, besluit om op basis van deze uitspraak een nieuwe poging te wagen om een verbod op Zwarte Piet te eisen.

Ik heb geen idee hoe je geestelijk leed kan wegen, ik weet ook niet hoe je bepaalt wiens leed het ergst is, maar ik maak mijzelf wel wijs, dat wanneer ik onbeschrijfelijk leed zou hebben geleden, en op enige dag zou zien dat dat leed gebruikt wordt als instrument ter voorkoming van ander leed, hoe marginaal ook, ik een ietsepietsie troost zou kunnen vinden in de gedachte dat ik mijn gruwelijk leed niet voor niets geleden heb.





 

maandag 6 december 2021

Don’t mention the war...

Op 6 juli 2021 stemden 103 Tweede Kamerleden, terwijl men toen al wist dat dit medisch gesproken aperte onzin is, voor het handhaven van corona (Covid) op de A-lijst van infectieziekten. 

Maar hoe onterecht ook, met corona op de A-lijst profiteert het (demissionaire) kabinet van een medische noodtoestand, om disproportionele, want overdreven, vrijheid beperkende maatregelen op te leggen, die overigens voor een gedeelte al voor 6 juli waren opgelegd. 

Of het kwam door de verlamming van het verstand welke wereldwijd bij zeer veel mensen door de succesvol aangejaagde doodsangst was ontstaan, of door de in de Tweede Kamer heersende kadaverdiscipline, de stemming ging van het spreekwoordelijke leien dakje.

De paar goed geïnformeerde mensen die hun ongenoegen over dergelijk medisch onbenul en politiek misbruik uitten, werden ten behoeve van de massa overschreeuwd door de gedienstige media, die niet aflaat om op uitgekiende wijze de angstpsychose van het grote publiek te voeden, waardoor deze zonder morren accepteert dat haar steeds meer vrijheid wordt ontnomen.

Door de toezegging van Mark Rutte en Hugo de Jonge, dat ‘vaccinatie’ hun de vrijheid zou teruggeven, liet ongeveer 85% zich prikken met een ‘middel’ van onbekende samenstelling, zonder dat iemand anders dan de geprikte zelf, nu of in de toekomst, de verantwoordelijkheid draagt voor de mogelijke gevolgen daarvan. Gevolgen overigens die naar het zich nu toenemend laat aanzien, erger zijn dan de kwaal.

Opnieuw ontvangt de massa een dooie mus. Opnieuw ontnemen zij jou de vrijheid  naar het voetbal te gaan of zelf te gaan sporten, opnieuw moet je op tijd binnen zijn, opnieuw mag je geen boodschappen doen waar je wil en binnenkort word jou ook nog de vrijheid afgenomen om zelf te beslissen of je geprikt wil worden of niet, zoals het gedraai van o.a. Hugo de Jonge over een vaccinatieplicht inmiddels al wel doet vermoeden.

De vraag of ook deze vrijheidsbeperking weer zonder noemenswaardige slag of stoot zal worden geaccepteerd lijkt bevestigend te moeten worden beantwoord, want toen afgelopen 3 november door een meerderheid van de Tweede Kamer, de Nederlanders feitelijk rechteloos zijn gemaakt, heeft dat nauwelijks enige ophef van betekenis opgeleverd.

Het is de gefaseerde uitvoering van de stappen van een vooraf uitgekiend draaiboek, zoals de wil van een wild paard gefaseerd wordt gebroken en uiteindelijk getemd zich zal laten inspannen, de toom zal accepteren, zo buigt de massa uiteindelijk het hoofd. 

Het ingenieuze ritme van het doseren van de druk; opvoeren, een beetje laten afnemen, verder opvoeren en weer een beetje laten ontsnappen, het bijna ongemerkt opschuiven van de acceptatiegrens waardoor het merendeel van de bevolking uiteindelijk is als was in de handen van de bestuurders. 

Het aanhouden en opvoeren van de (geestelijke) druk en het bewust aansturen op de tegenstelling van wel en niet geprikten, door demonisering van de hardnekkige weigeraars en wanneer deze groep volgens tot het in het draaiboek genoemde bedwingbare aantal is afgenomen, de gedwongen vaccinatie die als in razzia’s, deur tot deur zal worden uitgevoerd.


In onze strijd voor overleven, worden wij mensen net als dieren, sinds het ontstaan van de eerste mensen, gestuurd door angst en verlangen. Het verlangen zo lang mogelijk te overleven en de angst om (vroegtijdig) dood te gaan. 

Angst is derhalve een zeer belangrijk onderdeel van ons instinct, het maakt ons voorzichtig en tempert het eventuele blinde verlangen om roekeloos te handelen en ons aldus te behoeden voor een wissen dood. Een (verstandig) mens zal dus doorgaans zijn angst en verlangen afwegen, de risico’s bepalen, alvorens tot actie over te gaan, tenzij zijn angst zijn gezond verstand overheerst, zoals wanneer hij in doodsnood denkt te verkeren en zijn instinctieve reflexen om aan de acute dood te ontsnappen, het overnemen van zijn ratio, zonder de risico’s van deze reflex te bepalen, laat staan deze af te wegen tegen de risico’s van de bedreigende situatie.


Vanaf zijn ontstaan heeft de mens waar mogelijk zijn levenswijze aangepast, in het streven de risico’s van een vroegtijdige dood zoveel mogelijk te beperken. Een van ’s mens eerste maatregelen was bijvoorbeeld het opwerpen van een barrière om zich tegen wilde dieren te beschermen. Dat hij tegelijkertijd zichzelf hiermee opsloot, was een offer dat hij zonder morren accepteerde, het ging ten slotte om overleven, dus ruilde de mens wat vrijheid in voor veiligheid. 

Vandaag de dag leven wij in een tijd waarin vrijwel alle acute risico’s zijn afgedekt en dreigt het af en toe verkeerd te gaan, dan staat de inmiddels vergevorderde medische wetenschap klaar om te redden wat er nog te redden valt. Echter, om binnen die opgeworpen barrières in relatieve vrijheid te leven, heeft de mens ongemerkt veel van zijn vrijheid opgegeven, een offer dat uit het oogpunt van overleven als rationeel kan worden aangemerkt, maar waarvan de constatering door bijzonder veel mensen wordt weggelachen. Of dat vanwege kortzichtigheid is of uit onwil dat te willen toegeven is nog immer de vraag.

Momenteel wordt door bestuurders, vanwege corona, de ruimte binnen de barrière meer en meer beperkt en bestaat zelf de kans dat je als ongeprikten moet gaan betalen om in die beperkte ruimte te mogen verkeren. Elders zijn de voorbereidingen in volle gang om het bestuurders mogelijk te maken om ongewensten, pardon, ongeprikten buiten de maatschappij te plaatsen en waarschijnlijk zal de massa ook dat accepteren, omdat het draaiboek, ingenieus of diabolisch, erin heeft voorzien dat de massa, die in doodsnood een prik heeft geaccepteerd, nu liever volhard in hun dwaling dan toe te geven dat zij is blij gemaakt met een dooie mus.


Het corona-beleid is het geestelijk misbruiken van de mensen, in de wetenschap dat in hun strijd te overleven, het gros eerder kiest voor leven in onderdrukking, dan het risico te lopen zich dood te vechten voor hun vrijheid, precies zoals een handjevol slavenmeester hele hordes slaven kon onderdrukken, en slechts een zeer beperkt aantal kapo’s miljoenen mensen de gaskamers in kreeg. 

Maar maak alsjeblieft geen vergelijkingen met De Oorlog, dat zou volledig onterecht zijn, omdat in tegenstelling tot toen, iedereen nu precies weet wat er gebeurt !





donderdag 2 december 2021

Van een muisje


Van een muisje 
Enige tijd geleden moesten de planken van een houten terras worden vervangen. Bij het verwijderen van de oude planken, legde ik een muizennestje bloot. Hoewel ik het niet aflatend protesterend gepiep van het muisje begreep, bukte ik, gewapend met stoffer en blik, mijn bijna ruim 100 kilo wegende en ongeveer 1.87 metende lijf, om het nestje op te vegen. Het muisje van nog geen 4 cm groot, richtte zich zittend op zijn achterpoten op, keek mij aan en tot mijn verbazing en ook schrik, sprong het naar mij op.

Het muisje zal zijn verhuisd of misschien, en dat zou nog eens een mooie streek zijn, heeft het muisje nadat ik de nieuwe planken had aangebracht zijn nestje opnieuw ingericht. Ik vroeg mij later nog eens af of ik het nestje niet net zo goed had kunnen laten zitten, een zo dapper muisje had dat in mijn ogen wel verdiend. Maar dat is achteraf. 


Sinds enkele maanden ga ik ’s avonds naar bed, in de hoop dat de coronawaanzin morgen stopt, dat er morgen iemand opstaat die zegt; “dit heeft nu lang genoeg geduurd !” 

Ik ben vol vertrouwen dat die morgen komt, de geschiedenis van de mensheid is daartoe mijn houvast, vraag mij echter niet wanneer. 

Vraag mij ook niet wat de schade voor de mensheid dan zal zijn, die momenteel met iedere dag dat deze totalitaire waanzin langer duurt, exponentieel groter wordt. Want van waanzin kunnen we toch wel spreken als we het totalitaire beleid beschouwen dat de mensheid vanwege een met de griep vergelijkbaar virus momenteel wereldwijd krijgt opgedrongen. Het totalitair beleid, waarvoor Grondwetten en grondrechten terzijde worden geschoven alsof de democratie niet meer bestaat, staat in geen enkele verhouding met de zogenaamde pandemische bedreiging. 

Het wordt in het licht van zeer betrekkelijke werkzaamheid van de prik, de toenemende bekendheid inzake ernstige tot zeer ernstige bijwerkingen van de prik en vooral de aangetoonde afbraak van het immuun die deze veroorzaakt, steeds lastiger vol te houden dat er door de disproportionele (dwang-)maatregelen, zeker op de lange duur, werkelijk levens zullen worden gered. 

Het is m.i. hoog tijd onze menselijke nietigheid te erkennen, onze naïeve hoogmoed af te leggen en ons te realiseren dat we nooit iedereen kunnen redden en als onderdeel van het leven (corona-)doden zullen moeten accepteren, ongeacht het aantal, simpelweg omdat zo blijkt, we ons nooit uit deze dystopie zullen kunnen prikken. 

 

Iedereen die op basis van de huidige kennis over het coronavirus nog van mening is dat dit totalitaire beleid, en ik gebruik het woord zeer bewust, gerechtvaardigd is, is of te dom om het te zien, of is willens en wetens bezig de (individuele) rechten van de mens geweld aan te doen. Van deze laatste groep zijn zij die menen dat het belang van enkelen, ondergeschikt moet zijn aan dat van velen, de ergste in hun soort. De dag dat de mensheid wil dat deze waanzin stopt, zijn zij als eerste aan de beurt.

Of gaat het om iets anders ? 

Kwam wederom de hoogmoed voor de val ? Is er gegokt en verloren ? En is het verlies te groot gebleken, zo groot dat men opnieuw en hoger inzet, niet per se overtuigd dat men deze keer wel wint, als wel zich verlatende op het idee dat zolang men blijft gokken er een kans is het totale verlies terug te verdienen en zo de schande van het immer hoger oplopend verlies en de (persoonlijke) consequenties daarvan te ontlopen ?


Als jongste van mijn negen broers, heb ik vroeger hun gespreken aangehoord over hun vermeende heroïsme indien zij in dezelfde situatie terecht zouden komen als waarin verschillende van mijn inmiddels allemaal aan ouderdom overleden ooms hebben gezeten. Deze ooms waren militair actief in de Tweede Wereldoorlog en in zaten het verzet, sommige zijn geïnterneerd en krijgsgevangenen geweest. 

Er bekroop mij tijdens die gesprekken altijd het gevoel dat mij ook nu nog steeds bekruipt wanneer ik documentaires of films over oorlogen bekijk en dat een mengeling is van ongeloof, onmacht en angst. Zou ik ooit het lef hebben te doen wat mijn ooms en zovele anderen deden, hun leven in de waagschaal stellen om hun vrijheid en die van de hele mensheid te heroveren ?

Nu de corona-waanzin steeds verder oprukt in de wereld en de kans toeneemt dat men, zeker nu mensen als Ursula von Leyen de vaccinatieplicht presenteren als ‘bespreekbaar’ voor de hele EU, straks op mijn deur klopt omdat daar geen groen vinkje op staat, denk ik terug aan die gesprekken. 

Door mijn gevoel meen ik nu te begrijpen waarom mensen zoals mijn ooms, deden wat ze deden, omdat ik inmiddels misschien wel hetzelfde voel. 

Het is namelijk geen lef dat je ertoe brengt om op te staan, het is net als in het geval van dat muisje een mengsel van ongeloof, onmacht en angst, dat leidt tot onberedeneerde pure wanhoop, simpelweg omdat je alternatief niet kan te accepteren, al wordt het je dood.





maandag 29 november 2021

Is de bodemloze put de weg naar de Meltdown ?

Er bestaan websites waarop je ‘live’ het oplopen van de staatschuld van een land kan volgen, voor de Nederlandse, die momenteel oploopt met een snelheid van ongeveer 350 Euro per seconde, is dat https://www.destaatsschuldmeter.nl. Nederland behoort daarmee tot de beste van de slechtste in Europa, want volgens diezelfde website stijgt de staatsschuld van België met 507 euro per seconde en die van Frankrijk zelfs met 2665 euros, hoewel die stijging in vergelijking met de 48.486 dollar per seconde van de VS, nog steeds een schijntje lijkt. Het beste jongetje van de EU-klas is Duitsland, een van de weinige landen waar de staatsschuld niet stijgt, maar afneemt, en wel met 58 euro per seconde. Maar is er werkelijk iemand geïnteresseerd ? 

Op de website van The Economist is een pagina https://www.economist.com/content/global_debt_clock waarop de stijging van de mondiale schuldenlast is te volgen. Toen ik aan dit schrijfwerkje begon, bedroeg deze schuldenlast rond de 59 miljoen miljoen dollar, en dat is geen verschrijving, maar wel degelijk het getal 59 gevolgd door nog eens 12 posities; 

$ 59.939.239.807.889 (zegge ruim 59 biljard !)

een bedrag dat oploopt met rond de 80.000 dollar per seconden. Verdeeld over de 7,7 miljard aardbewoners (2019), betekent dat een schuld van 7,6 miljard dollar per persoon. Inmiddels, enkele dagen later, is de 60 miljoen miljoen grens gepasseerd en wie weet hoe ver de teller is opgelopen wanneer jij dit stukje leest ?

Ieder land bouwt staatsschuld op wanneer het meer geld uitgeeft dan het binnenkrijgt, en ter dekking van dat tekort, zal de belastingdruk worden opgevoerd of er wordt een staatslening uitgegeven.

In Nederland geeft een agentschap van het ministerie van Financiën, deze schuldbewijzen, de zogenaamde staatsobligaties, uit. Gedurende de vastgestelde looptijd, wordt aan de houder een vastgestelde rente betaald, en op de einddatum betaalt de staat je de lening terug. 

Hoewel de uitgifte van staatsleningen doorgaans geruisloos aan het gros van de Nederlanders voorbijgaat, kunnen ook particulieren (staats)obligatie “kopen” of soms wanneer ze bijvoorbeeld via een mixfonds beleggen, deze in hun ‘mandje’ terugvinden. 

Gezien de enorme bedragen zijn het vooral de banken en institutionele beleggingsfonds, die dat doen. Deze instellingen dienen ter verzekering van de uitgegeven lening een onderpand van overeenkomstige waarde in de vorm van CBO’s (een Collateralized Bond Obligation is een investment-grade obligatie die wordt gedekt door een verzameling van junk bonds, die op zichzelf doorgaans niet investeringswaardig zijn, maar omdat de verzameling bestaat uit verschillende soorten obligaties van verschillende emittenten (uitgevers/banken) omvat, en volgens de financiële autoriteiten voldoende diversificatie bieden, toch als "investeringswaardig" te worden beschouwd ?), over te dragen aan een zogenaamde CBC (covered bond company).

Rijke landen worden kredietwaardiger beschouwd en krijgen daarom gunstigere rentetarieven dan arme landen. Regelmatig worden er, wanneer de rentevoorwaarden op enig moment gunstiger zijn, nieuwe staatsleningen uitgeven om op die manier een staatslening met een minder voordelige rente af te kopen. In een groeiende economie met een beteugelbare inflatie kan een land dat doen zonder verlies te lijden. 

Ook op dit niveau worden de rijken rijker en de armen armer. In de praktijk betekent het vooral dat rijke landen meer kunnen lenen, dus grotere schulden hebben, maar dat die schuld hen minder kost dan de arme landen. 

Overigens worden deze rentetarieven regelmatig gebruikt als instrument om invloed uit te oefenen op (de politiek van) minder rijke en arme landen, zoals we hebben kunnen zien in het geval Griekenland tijdens de bankencrisis, maar ook elders in de wereld.

Niettemin zouden, afgaande op de totale mondiale staatsschuld (van alle landen wereldwijd) de betrokken banken gezamenlijk een totaalbedrag van 

$ 59.939.239.807.889 

moeten hebben overgedragen aan hun zogenaamde CBC’s. Maar is dat ook werkelijk zo ?

De bankencrises heeft het falende mechanisme blootgelegd volgens welke risicokapitaal wordt “verzekerd”. Ook toen was als onderpand waardepapier (CBO’s in de vorm van o.a. hypotheek, verzekeringen, aandelen en derivaten) overgedragen aan de CBC’s, waardepapier dat in feite qua waarde allerminst stabiel bleek.

Stelt je bijvoorbeeld voor, dat je als tegenwaarde voor de (beleggings-)hypotheek van je huis, dat 500.000 euro koste, 500 aandelen ter waarde van 1000 euro als onderpand hebt aangeboden. Nu blijkt dat na verloop van tijd je aandelen in waarde afnemen. Je bankier belt je op met de mededeling dat de waarde van je onderpand, de waarde van je hypotheek niet meer dekt, en of je dat maar even wil regelen. Als je dat niet kunt, moet je je huis verkopen.

De bank vindt dat niet leuk, omdat jouw huis voor het nog niet afgeloste gedeelte, onderdeel is van de waarde van de CBC van die bank, maar omdat jij slechts een sardientje in een school van miljoenen bent, zal de bank niet met de ogen knipperen. 

Echter, wanneer dat honderdduizenden mensen tegelijkertijd overkomt, dan worden banken wel onrustig. De huizenmarkt zal overspoeld worden met aanbod, de huizenprijzen zullen onderuitgaan, en de waarde van de CBC’s komt enorm onderdruk te staan. 

In 2007 werd dat wereldwijd goed duidelijk toen honderdduizenden Amerikanen als gevolg van een rentestijging hun hypotheek niet meer konden betalen, zij moesten massaal hun huizen verkopen waardoor de huizenmarkt instortte en banken, wereldwijd, in de problemen kwamen omdat de tegenwaarde, het onderpand overgedragen aan hun CBC’s, bij lange na niet meer voldoende was om het uitgeleende geld te verzekeren. 

Daarnaast bleken veel banken voor verschillende leningen ook nog eens voor verschillende CBC’s dezelfde CBO’s als garantie te hebben opgevoerd. Graag beveel ik u ter zake de film over Synthetic CDO’s 'The Big Short' aan. 

Nadat het bankwezen en regeringen van de eerste schok bekomen waren, moesten de burgers de banken redden, anders, zo werd er gedreigd, zou je al je spaargeld kwijtraken. 

In plaats van dergelijke praktijken direct volledig te verbieden, kwam het IMF, de spin in het web van de financiële wereld, niet verder dan de drempel van dergelijk speculatief kapitaal een tikkeltje op te schroeven, met als gevolg dat de wereld nog steeds en onverminderd het risico (?) loopt van een wereldwijde financiële meltdown. Of is ook dit bewust gestuurd beleid ? Is de meltdown het doel ? Wordt dit fase 6 ? 

Wereldwijd smijten regeringen met ‘geleende’ miljarden, hetgeen al maar meer wordt zeker nu men ook ten behoeve van het op gang houden van de economie die door de wereldwijd opgelegde coronamaatregelen tot stilstand lijkt te komen, en daar nog eens miljarden miljarden achteraan komen om de uitstoot van CO2 terug te dringen, als fanatieke klimaat-egotisten als Timmermans c.s. hun zin krijgen. Niemand lijkt zich af te vragen hoe de nu al 7,6 miljard dollar per wereldburger ooit nog kan worden terugbetaald. En aan wie moet dat worden terugbetaald ? Aan de 1% mensen die samen al ruim 50% van alle rijkdom op de aarde bezit ?

In dat geval zou ik een meltdown zeer wenselijk achten, omdat deze alle meters op nul zou zetten, die van jou en van mij, maar ook die van banken en investeringsconsortiums, maar ook en vooral die van de 1%, of blijven die juist buiten schot ?




dinsdag 23 november 2021

Waar gaat het over ?

Eind 2019 verschenen de eerste, ik kan nu zeggen; ietwat suggestieve berichten in de media over een voor de mens zeer besmettelijk killervirus dat zich via vleermuizen op een markt in het Chinese Wuhan, in pandemische mate over de wereld verspreidde. 

Inmiddels, ongeveer twee jaar later, wijst alles op de uitrol van een ruim van tevoren gepland draaiboek. 

Onder het motto, de eerste klap is een daalder waard, werd een wereldwijde angstpsychose gecreëerd. De MSM kwam met angstaanjagende berichtgeving over met het killervirus besmette mensen die op straat dood zouden zijn neergevallen, met beelden van af en aan rijdende ambulances bij ziekenhuizen, waarvan de gangen uitpuilden van de slachtoffers op brancards en waartussen het zorgpersoneel, gekleed in virus-resistente kleding, schijnbaar overbelast heen en weer liep.

Dat was toen, en dat was blijkbaar niets minder dan het bewust verspreiden van doodsangst. Letterlijk.


En het werkte.  


Vanaf dag 1, ruim twee jaar geleden, wordt het zorgvuldig voorbereide draaiboek minutieus uitgevoerd, met als ultiem doel 100% ‘vaccinatie’. 


Opmerkelijk.


Want hoewel de ‘vaccins’ in het gunstigste geval besmetbaarheid, besmetting en ziekenhuisopname enige tijd beperkt, doet niet alleen door de toenemende stroom berichten over bijwerkingen, maar tevens over de zonder prik verkregen natuurlijk immuniteit die ten minste zo goed beschermt, het idee opgeld dat het middel erger is dan de kwaal. 

Het afnemend effect van de prikken maakt de zogenaamde boosterprikken noodzakelijk, terwijl het middel, waarvan de inhoud angstvallig geheim wordt gehouden, en waarvan de fabrikanten ten aanzien van de gevolgen geen juridische risico’s lopen, het lichaamseigen immuunsysteem blijkt te verzwakken, waardoor gezondheidsrisico’s ten aanzien van reeds aanwezige pathologische aandoeningen (zoals met name kanker) toenemen en mensen steeds afhankelijk worden van kunstmatige immuniteit uit een spuit. 

Daarbij zullen we pas in de toekomst weten wat de eventueel risico’s van deze nog immer onvolledig geteste prikmiddelen voor de gezondheid of bijvoorbeeld de vruchtbaarheid op de lange termijn zullen zijn. 

Wereldwijd wordt blijkbaar alle inmiddels beschikbare kennis door de verantwoordelijke regeringsleiders (willens en wetens ?) genegeerd, het gevoerde beleid om tot een 100% ‘vaccinatiegraad te komen lijkt niets anders dan een georkestreerde psychologische oorlogvoering en wordt met iedere nieuwe maatregel bedreigender. Geen middel wordt gespaard, en verschillende verantwoordelijke politici sturen zelfs doelbewust aan op een schisma in de samenleving, door niet-geprikten en mensen die opkomen voor de bescherming van de lichamelijke integriteit, als asociaal (‘je doet het voor een ander’ ?) o.i.d. weg te zetten. 


En waarom ? 


Veel mensen schijnen door de eerste doodsangst in eerste instantie blind en doof te zijn geworden voor de incoherentie en disproportionaliteit van de maatregelen ter bestrijding van, zoals expert Jaap van Dissel heeft aangegeven een ziekte die vergelijkbaar is met de griep, mogelijk een stevige griep, maar nog steeds een griep met een marginale IFR van 0,15%.


De realiteit doet steeds meer mensen uit die angstpsychose ontwaken, al menen desondanks velen nog dat de maatregelen nog dienen te worden geaccepteerd vanwege de druk op de zorg. Maar ook dat argument verlies in sneltreinvaart zijn geloofwaardigheid nu duidelijk is dat in tegenstelling tot de noodzakelijke opschaling, Mark Rutte zijn jaren geleden ingezette afbouw van o.a. de IC’s de afgelopen 2 jaar onverminderd heeft doorgezet.


Je kunt, of moet, je afvragen; waarom ? 


Waarom is Australië vanwege een IFR van 0,15% veranderd in een gevangenis ? 

Waarom worden niet-geprikte politici vanwege een IFR van 0,15% uit het parlement in Letland geweerd ? 

Waarom krijgen kritische EU parlementariërs in Brussel vanwege een IFR van 0,15% slechts zwartgelakte pagina’s als zij vragen naar de inhoud van de ‘vaccins’ ?

Waarom is onder andere Oostenrijk vanwege een IFR van 0,15% veranderd in een politiestaat ?

Waarom wenst Nederland zich vanwege een IFR van 0,15% niet meer aan de Grondwet te houden ? 

Waarom worden Covid-kritische berichten en video’s vanwege een IFR van 0,15% geweerd of verwijderd van de sociale media ? 

Waarom heeft de media vanwege een IFR van 0,15%, de taak op zich genomen om onvermoeibaar de tegenstellingen in de maatschappij verder aan te jagen en uit te vergroten, de lezers te bestoken met aanstaande doem en verderf door o.a. numbers-games, om onvermoeibaar corona-critici zowel in de politiek als daarbuiten te ridiculiseren en stigmatiseren ? 

Met de dag worden de grenzen van de acceptatie door de politiek op geniale wijze opgerekt, het volk wordt langzaam maar zeker getemd door steeds één stapje vooruit te gaan en dan weer twee stapjes terug, allemaal vanwege een IFR van 0,15% ?

In veel landen wordt de bevolking, de horeca, de theaters, bioscopen, voetbalstadions en wat dies meer zij, aan het steeds strakker wordende lijntje gehouden, allemaal vanwege een IFR van 0,15% ?

Iedere weldenkende mens, in de politiek of daarbuiten, zou zich inmiddels toch eens moeten afvragen hoe proportioneel deze wereldwijde handelwijze van landsbestuurders is ? Hoe legitiem is dit beleid wanneer je in strijd bent met een virus met een IFR van 0,15%.


Want dat is toch waar dit om gaat ?




vrijdag 19 november 2021

Laat de geschiedenis maar oordelen

Instinctief streeft ieder wezen op aarde naar overleven. Beslissing worden derhalve genomen om dit streven zo optimaal mogelijk te dienen. Zo hebben bijvoorbeeld sardientjes besloten om in scholen te zwemmen, vogels om in zwermen te vliegen, gnoes om in kuddes te leven en mensen om in steden te wonen, gestuurd door de collectieve opvatting dat dit een betere bescherming van hun collectieve leven oplevert in casu hun overleven optimaliseert. 

Dagelijkse beslissingen worden bewust of onbewust (instinctief), direct of indirect gewogen op overlevingskans, al waren de meeste mensen in ‘het Westen’ zich daar allang niet meer even bewust van. Nagenoeg alle levensbedreigende aspecten in hun leven waren door de inrichting van de hedendaagse maatschappij tot onder de directe bedreigingsgrens teruggedrongen. Honger en dorst waren uitgebannen, levensbedreigingen wettelijk verboden en ziekten leken vrijwel allemaal beheersbaar, ergo, het klimmen op een keukentrapje werd de grootste bedreiging van de mensheid. Tot 2 jaar geleden.

Wereldwijd sloeg de doodsangst toe, een reëel geachte doodsbedreiging in de vorm van een virus, verspreide zich in snel tempo over de aardbol. De even vuige als geniaal georkestreerde verspreiding van de levensbedreigende angst, werd de eerste weken gevoed met beelden van mensen die op straat dood neervielen, berichten en videootjes van wc-papier-hamsterende mensen overspoelde de media, de letterlijke doodsangst was er goed ingeheid en binnen drie maanden tijd was de bevolking rijp een (eerste) korte (?) lockdown te accepteren. Het ingenieuze scenario dat o.a. de Belg Van Ranst zo duidelijk uitlegt in zijn presentatie van 22 januari 2019, ongeveer 9 maanden voor de wereld Wuhan en Covid-19 leerde kennen, verliep zoals voorspeld. 

Een rare but narrow window of opportunity opende zich en het gros van de in doodsangst verkerende mensheid wist niet hoe snel zij zich erdoorheen moesten persen, in de veronderstelling dat dit de enige mogelijkheid was om zich het vege lijf te redden. Dat het toegangsbewijs voor dit smalle raam een prik van onbekende samenstelling is, met voor de langere termijn al even onbekende bijwerkingen, bleek geen enkel probleem, een volk in doodsangst is tenslotte als was in de handen van hun leider, en dus werd er geprikt dat het een lieve lust was. 

Nu, twee jaar later, begint bij veel mensen het gezonde verstand geleidelijk de doodsangst te verdringen. De incoherentie van de maatregelen die in verschillende gevallen diametraal ten opzichte van elkaar staan, het goochelen met cijfers en percentages (numbers-games), een prik die los van bijwerkingen, besmetting en besmettelijkheid niet uitsluit en waarvan de werking zeer kortstondig blijkt, en dus boosterprikken nodig maakt. 

Van de in het begin beloofde vrijblijvendheid is nauwelijks meer iets over, de ene dwangmaatregel volgt in gestaag tempo de ander op, met als voorlopig dieptepunt de twijfelachtige eer die Oostenrijk te beurt valt, het verplicht stellen van de prik.

De vraag is of de leiders momenteel bewust revolte en chaos creëren, met het idee de afnemende doodsangst weer op te poken en, wanneer er ongeregeldheden gaan uitbreken, zich straks wederom te kunnen presenteren als de redders van de mensheid ervan uitgaande dat het gros van die mensheid hen inderdaad als redders zal ontvangen en uit lijfsbehoud opnieuw zullen buigen voor hun buitensporige eisen.

Of hebben de portiers van the rare but narrow window zich te snel rijk hadden gerekend ? Ging het scenario uit van een volledige en totale onderwerping van het volk, voorzag het scenario niet in een awakening en moet er nu geïmproviseerd worden met alle voorhanden zijnde middelen, moet alles nu op alles worden gezet om de groeiende groep mensen die zich niet door angst hebben laten leiden, alsnog desnoods met geweld door the rare but narrow window te persen, terwijl deze window zich begint te sluiten ?

Uiteraard is het een kwestie van tijd, tijd om te zien dat de geschiedenis zich opnieuw heeft herhaald, op een schaal die evenredig is met megalomanie van de zichzelf steeds verder overschattende mens. 

Het is logisch dat zij die deze biggest crime in human history bedachten, zij die ermee instemden en zij die het uitvoeren, niet wensen te horen van een tribunaal. 

Steker nog, zolang zij in hun onovertroffen egotisme menen hun zinkende schip nog door the narrow window de haven in te kunnen loodsen, zullen zij blijven volharden en zelfs hun repressie opvoeren, juist om dat tribunaal te ontlopen, tot het moment dat the narrow window met alle verwoestende gevolgen van dien uit zijn sponningen barst, waarna de schade kan worden opgemaakt, de slachtoffers kunnen worden betreurd en de schuldige worden berecht.

Het is echter aan de mensen zelf om te bepalen hoelang zij dat gaan laten duren, hoelang ze zich nog laten bang maken, hoog zij de schade laten oplopen en hoeveel slachtoffers zij wensen te betreuren.

Dat mensen mij een complotdenker en een wappie noemen, die het voorgaande overdreven en zelfs dwaas vinden en menen (hopen ?) dat het allemaal wel zal loslopen, is voor mij geen beletsel te blijven vechten voor ongeconditioneerde vrijheid, ook wanneer zij daar achteraf eveneens van profiteren, want voor echte vrije mensen zoals ik, is leven zonder vrijheid geen leven. 





zondag 14 november 2021

The 'rare' but narrow of opportunity

De mens is te dom voor zijn brein. Het gevolg is dat de mens gedurende zijn ontstaansgeschiedenis en ontwikkeling, letterlijk iedere generatie opnieuw, steeds weer dezelfde fouten maakt. De mens leert niets van zijn fouten. Af en toe ontdekte een mens wat handigheidjes zodat even later de mensheid diezelfde fouten op een grotere schaal, met meer slachtoffers en steeds grotere vernietiging opnieuw kan maken, en dan noemt de mensheid dat in zijn ongeëvenaarde arrogantie voortuitgang.

Modern hersenonderzoek toont aan dat de vermeende superioriteit van het menselijk brein ten aanzien van andere zoogdieren op zijn minst nogal twijfelachtig is. Uit Israëlisch onderzoek van professor Yaniv Assaf, tijdens welk hij door middel van RMI-scans de hersenen van 130 verschillende soorten zoogdieren, van muizen via onder andere dolfijnen tot mensen heeft onderzocht, blijkt dat hersenconnectiviteit - de efficiëntie van informatieoverdracht door het neurale netwerk - niet afhangt van de grootte of de structuur van een specifiek brein. Dat de efficiëntie in alle 130 onderzochte zoogdierbreinen gelijk is en dat ook in al die breinen het compensatiemechanisme, een regulatie van de activiteit in de afzonderlijke hersenhelften, wanneer beide hersenhelften met elkaar communiceren, optreedt. 

Het meest essentiële verschil tussen de mens en de ander (zoog-)dieren is waarschijnlijk, juist als gevolg van dat superieur geachte brein, ‘s mens zelfoverschatting. 

De menselijke geschiedenis is weinig anders dan een ononderbroken aaneenschakeling van opkomsten van megalomane heersers en hun wereldrijken, uiteraard gevolgd door het onherroepelijke verval daarvan; Egyptische farao’s, Griekse, Babylonische en Perzische koningen en keizers, de Macedoniërs van Alexander de Grote, de Romeinen met hun caesars, gevolgd door Ostrogoten, Franken, Lombarden, Byzantijnen en Osmanen, in een ritme even onvergankelijk als dat van eb en vloed. 

Een lijst maken van alle heersers en tirannen uit de wereldgeschiedenis, die elkaar in bloeddorst voor de goede zaak nauwelijks overtreffen, is praktisch onmogelijk, deze zou onmetelijk lang worden. 

Enkele uitverkorenen ‘beroemdheden’, zoals onder meer Caligula, Ivan de verschrikkelijke, Attila de Hun, Napoleon Bonaparte, Joseph Stalin, Adolf Hitler, Mao Zedong, Pol Pot, Idi Amin en Saddam Hoessein, zijn inmiddels verfilmd romantisch amusement en derhalve bij het gepeupel waarschijnlijk wel bekend. 

Letterlijk en figuurlijk ontelbaar zijn zij die het zonder de roem van Hollywood moeten stellen, en dus niet of nauwelijks bekend; de Ottomaanse sjeik Ibrahim I, Jean-Bédel Bokassa, Saparmurat Niyazov, Mengistu Haile Mariam, Yakubu Gowon, Enver Pasja, Kim Il-sung, om er maar enkele te noemen. 

Vervolgens dient de lijst nog te worden aangevuld met alle al dan niet naamloze religieuze egotisten, vanaf de eerste Incabeschaving (?) tot en met de huidige pausen, ayatollahs, rabbijnen en wat dies meer zij, die menen op goddelijk bevel te mogen (laten) moorden, voor de goede zaak. 

Zelfoverschatting is overigens niet slechts beperkt tot heersers en tirannen, sterker nog, het succes van hun zelfoverschatting is overwegend direct en onlosmakelijk het gevolg van de zelfoverschatting van het overheerste en getiranniseerde gepeupel. De primus inter pares van het gepeupel, zal ten gunste van de leider het gepeupel beteugelen, met graagte een onderknuppel zijn, die gedreven door de hoop uit te kunnen stijgen boven de rest en de beloningen te ontvangen die daaraan verbonden zijn, zich vaak nog wreder gedraagt dan de despoot zelf. 

Iedere generatie wijst met de hoogmoed van de jeugd, zich superieur achtend lachend, naar de voorgaande generatie, in de oprechte veronderstelling wel van het verleden te hebben geleerd, beter en slimmer te zijn dan al die ouderwetse boomers die het zich allemaal hebben laten welgevallen en het allemaal zover hebben laten komen.

En even gemakkelijk vallen nieuwe generaties iedere keer weer ten prooi aan de propaganda van de heersers van de nieuwe tijd. Heersers die zich door hun verkregen rijkdom superieur achten aan het gepeupel, tirannen die zich eerst over de rug van het gepeupel hebben verrijkt, daarmee hun posities hebben bestendigd en verstrekt, en nu menen dat zij het gepeupel de weg naar het geluk wel kunnen wijzen.

En geef ze eens ongelijk deze heersers. Niet dat hun heerschappij lang zonder kritiek zal blijven, zeker niet, maar zij kennen de geschiedenis beter dan de horigen van iedere nieuwe generatie, die op zijn beurt weer verlangend op verlossing wacht en daarom in gloedvolle verwachting zelfs enthousiast meehelpt de eigen noodlottige toekomst te bouwen. De heersers weten dat het enthousiasme van iedere nieuwe generatie gepeupel deze lang genoeg blind zal maken voor de oude valkuilen, ten minste lang genoeg om opnieuw hun rijkdom te vergroten en hun posities verder te bestendigd. Zij weten zelfs dat wanneer er kritiek zal komen, deze uiteindelijk weer zal verstommen, indien nodig door een harde hand, ze weten dat het geduld van het gepeupel op zal raken, en ze weten zelfs dat het lamgeslagen gepeupel onderdanig de vredigheid van hun onderwerping als een gunst in ontvangst zal nemen. 

En ook nu is er weer een groepje zichzelf overschattende mensen (een pleonasme derhalve), dat het gepeupel wenst te leiden naar hun verlossing. Een groepje egotisten dat werkelijk gelooft in zeldzame smalle vensters van mogelijkheden, dat misschien heel zeldzaam en positief klinkt, maar niets anders is dan een herhaling van zetten zoals de geschiedenis aan de oplettende mens had kunnen leren. 

Voor de zoveelste keer zijn in de geschiedenis zijn onderknuppels wereldwijd drukdoende met hun verlossende taak, en voor de zoveelste keer is het momentum voorbij, de vloed heeft zijn hoogste stand bereikt, the ‘rare’ but narrow window is zich voor de zoveelste keer aan het sluiten.

Niettemin, voor de zoveelste keer in de geschiedenis, blijven de onderknuppels nog krampachtig proberen de immer luidruchtiger wordende protesten van het gepeupel te smoren, al is de geest inmiddels uit de fles. Voor de zoveelste keer in de geschiedenis is de kans vrijwel 100%, dat dit besef pas tot de onderknuppels zal doordringen als de chaos, die deze keer mogelijk nog erger zal blijken dan ooit tevoren, compleet zal zijn, wanneer de onderknuppels eindelijk eens omkijken naar de ravage die zij hebben aangericht, naar het onnoemelijke aantal slachtoffers van hun ‘verlossing’, kortom de vernietiging die zij de mensheid hebben toegebracht, uit naam van de heersers en tirannen, die zelf voor de zoveelste keer in de geschiedenis, het slagveld allang verlaten hebben. 

Geen dier die dergelijke domheid toont, dat kan alleen de mens.





 

donderdag 11 november 2021

Kritiek verboden ?

Overwegend brengt de televisie nog slecht ouderwets entertainment. 

Onder het mom van duiding, worden er in actualiteitenprogramma’s en zelfs het (NOS) journaal alleen gekwalificeerde meningen gedebiteerd, zijn talkshow’s verworden tot propaganda kanalen voor diezelfde gekwalificeerde meningen, die zelfs in ‘satirische’ programma’s, spelletjesprogramma’s en quizzen, kunstig tussen de regels door wordt geweven. 

De enkeling met een afwijkende mening, die wel voor de camera maag verschijnen, wordt geconfronteerd met een populistisch mediamiek fenomeen. 

Ga je erop in, dan betreed je een slangenkuil, waar je al spitsroede lopend een spervuur van niet aflatende aanvallen van de gespreksleider en de andere gasten moet pareren, in de hoop dat je voldoende tijd geboden krijgt om je antwoord te geven zonder niet constant te worden onderbroken. 

Ga je er niet op in, dan zal men u lafheid verwijten.

Aspirant omroep Ongehoord Nederland, die een kritisch tegengeluid wil laten horen, wordt inmiddels ruim twee jaar op alle mogelijke én onmogelijke manieren tegengewerkt. Zelfs de mogelijkheid van censuur op basis van vermeende extreme denkbeelden die de omroep mogelijk gaat uitzenden, wordt onderzocht. 

Het zou voor de kritiekloze televisiekijkers, die hun mening bijna uitsluitend baseren op de ‘informatievoorziening’ van de vrij beschikbare Nederlandstalige tv-kanalen, aangevuld met wat bevestigende meningen uit hun Facebook-, Insta-, Twitter- of andere SM-bubbel, een openbaring kunnen zijn, wanneer iemand met een afwijkende mening aan het woord kan komen, zonder impliciet of expliciet voor nazi, fascist, racist of dergelijke te worden weggezet. 

Verwonderlijk is de angst voor Ongehoord Nederland uiteraard niet. Martin Bosma heeft al eerder aangetoond dat sinds enige tijd het omroepbastion hoegenaamd een dependance is van D66, en dat men toegang tot dit bastion slechts wenst te verlenen aan adepten van de bijbehorende ideologie. 

Dat een degelijk gekleurde organisatie gefinancierd wordt met belastinggeld, is een gotspe, en dat dat voorlopig het geval zal blijven des te meer, hetgeen overigens aantoont dat de heersende macht de bestaande situatie wel prima vindt, ergo, dat zij voordeel geniet van deze onevenwichtigheid. 

De invloed van de televisie is nog immer angstaanjagend groot, al lijkt deze langzaam iets te verbrokkelen. Tegelijkertijd worden de tegenstellingen op SM steeds groter en worden deze in ieders kleine bubbel steeds feller uitgevochten, waarbij het ‘goede’ voorbeeld wordt gegeven door de politiek, waar opmerkelijk genoeg de populariteit van Mark Rutte, ondanks de publieke verontwaardiging over onder andere het toeslagenschandaal, gelijke tred houdt met diens leugenachtigheid. 

We leven, zeker voor antropologen, in een heel interessante tijd, het menselijk opportunisme, ieders persoonlijke weegschaal van angst en verlangen, viert hoogtij. 

De meest angstige proberen uit eigen belang hardnekkig anderen te overtuigen dat het gemeenschappelijk belang in ieders belang is, hiertoe voorgegaan door een Pabo-student die het tot minister heeft geschopt en een personeelsmanager die geschiedenis studeerde en die als minister-president al ruim 10 jaar het hele land voorliegt en belazert.

Zij die hierop de zere vinger wensen te leggen, worden zoveel mogelijk genegeerd, wanneer het niet anders kan, geridiculiseerd en wanneer dat niet voldoende is, gedemoniseerd en het ultieme platform daarvoor is vooralsnog de televisie, waar onder het mom van informatievoorziening, de kritiekloze televisiekijker, zonder dat deze zich dat realiseert, wordt geïndoctrineerd. 

Deze onheuse derhalve laakbare symbiose tussen politiek en media onderhouden en versterken elkaar en daarom oordelen diezelfde politiek en diezelfde media, een luis als omroep Ongehoord Nederland in de pels, zeer ongewenst. Opmerkelijk, want juist in een stabiele democratie zou de politiek niet bang hoeven zijn voor een luis, en sterker nog in een stabiele democratie zou de eerlijke onverschrokken media een dergelijke luis juist met alle egards verwelkomen.